De Duitse club Hertha BSC geeft komend seizoen kinderen tot 14 jaar gratis toegang. En niet alleen voor zomaar een wedstrijdje, maar het hele seizoen. De club kopt in het Engels (?) vol trots op de eigen site: Kids4Free. The future belongs to Berlin. Toe maar, dat is nogal wat, maar het komt altijd nog beter over dan dat vreselijke, uitgekauwde en niet aan te horen: ‘De jeugd heeft de toekomst’, als weer eens een iets te ijverige jeugdtrainer zijn verhaal mag doen in een presentatiegids. Goede tweede is het interview met de plaatselijke wijkagent in het lokale sufferdje. Komt ie: ‘Kennen en gekend worden.’ Juist ja.
Terug naar Hertha BSC. Ik vind het een ontzettend sympathiek en sportief idee. Om meerdere redenen. Jaren geleden was ik een keer bij Aston Villa tegen Chelsea. Voor mij zat een typisch Engels gezin. Een heuse voetbalfamilie. Te wit, te dik en te fanatiek. Pa had zich voor de wedstrijd in zijn clubshirt gehesen – wat gezien zijn postuur best een opgave was – net als ma, zoon en dochter. Ze schreeuwden vanaf minuut één, aten tot de laatste seconde en daartussen waren ze nogal aanwezig. Zo ging het vast iedere thuiswedstrijd. Ik keek op mijn dure kaartje en dacht wat moet dat deze familie ieder jaar weer een fortuin kosten. Tegelijkertijd bedacht ik dat de aanschaf van vier seizoenkaarten geen enkele discussie behoeft aan de Engelse ontbijttafel. Over typical traditions gesproken. Fans forever.
Supporters geven vaak een vermogen uit aan hun club. Voor de één is het een betaalbare vanzelfsprekendheid, voor de ander een geschraap van jewelste, maar overstemt het kloppen van het voetbalhart de blik op de bankrekening.
En toch zouden voetbalclubs daar meer mee moeten doen. Vanuit goodwill een beloning beschikbaar stellen bijvoorbeeld. Aan trouwe fans, die door dik en dun hun cluppie steunen. Die er altijd zijn. Voor kinderen wordt weleens wat georganiseerd als ze lid zijn van een Kidsclub, maar is standaard 10% korting op fanartikelen met een evenredig aantal mitsen en maren, nou zo’n gulle geste? Of 'gratis' een wedstrijdje bezoeken op een doordeweekse dag aan de andere kant van Nederland? Mwah.
Dat is trouwens dezelfde club die een open dag organiseert op een doordeweekse dag in de vakantie, terwijl de helft van Nederland op dat moment nog op school zit, maar dit geheel terzijde.
Wat dichterbij huis, probeert PEC Zwolle het wel door de prijzen voor de openingswedstrijd tegen Heerenveen plotsklaps drastisch te verlagen en daar ook een tegemoetkoming aan te koppelen voor de fanatiekelingen die net daarvoor een kaartje hadden gekocht, maar het houdt niet over. Er zijn weleens initiatieven geweest, maar veelal eenmalig en zijn ze wel succesvol? Geen idee eigenlijk, want op de nieuwe site van PEC Zwolle, is er niets over te vinden (probeer het gerust). Overigens hadden seizoenkaarthouders deze keer pech en geen recht van spreken tegen Heerenveen. Zij kregen al waar van hun geld, zo opperde de club.
Laat ik wat suggesties doen. De hele voorbereiding vraagt PEC Zwolle voor oefenduels 10 euro voor een volwassene en 7,50 euro voor de jeugd. Dat zal zeker niet uitzonderlijk zijn, maar wat als je daar een passe-partout idee aan koppelt? Drie oefenduels voor 25 euro of vier potjes kopen, drie betalen? Of ben je vijf jaar seizoenkaarthouder, dan krijg je zoveel korting? Dan heb ik het alleen over volwassenen.
Mijn boys gaan in mijn supporterskielzog uiteraard ook mee, maar niet zonder een bal en een paar keepershandschoenen. Ze zien alleen een voetbalveld. Om te voetballen met allemaal andere kinderen. Het is de club niet aan te rekenen, maar ik gooi gewoon 15 euro weg. Dat kan ook anders. Zet er voor dat geld een medewerker van PEC Zwolle als een soort spelleider neer, geef die kids wat te drinken, douw ze een lidmaatschapsformulier van de Kidsclub in de handen en ruim op het kantoor de gadgetskast leeg en deel wat PEC Zwolle spullen uit. Club heeft er de nodige fans bij, boys blij en pappa zag dat het goed was en heeft zijn 15 euro met plezier uitgegeven.
Het ietsje verder doordenken in de beloningssfeer, is natuurlijk niet alleen voor voetbalverenigingen en dus PEC Zwolle weggelegd. Ik heb het zelf ook meegemaakt. Twee voorbeelden. Op de Faculteit Journalistiek en Communicatie op Windesheim had ik het vak politicologie van Henk Kerssies. Een vreemde eend in de docentenbijt. Jong, wars van protocollen en een hele eigen manier van lesgeven. Het werkte wel, want zijn lokaal zat iedere week vol. Op het moment dat we een opdracht moesten maken, kregen de fanatiekelingen een halve punt extra wanneer ze op tijd waren. Een papiertje in het postvak was de oplossing. Alles wat er bovenop plofte was te laat, eronder op tijd.
Dus geen straf voor te laat zijn, maar een geste als je gedaan had wat moest. En het werkte. Wat ik zei: iedereen was er tijdens zijn les, die ook op andere vlakken bijzonder van opzet en inhoud was.
Een ander voorbeeld was in mijn politietijd. Dat eeuwige gebekeur was natuurlijk niet goed voor het praatje over de politie, maar ja het hoort ook bij politiewerk. Wat als je weggebruikers nou zou belonen voor goed verkeersgedrag? Dus hup aan de kant zetten, een positief gesprek en een gadget namens de politie. Daar is die weer, maar toenmalig korpschef Pier Eringa deed het gewoon zelf. En dat in zijn privéauto! Moet je nagaan wat dat met die automobilist gedaan heeft? Hij heeft een verhaal op zijn werk, de avond daarna tijdens die saaie verjaardag eindelijk wat te vertellen en kijkt in het vervolg toch wat anders aan tegen de politie. Wat een winst! En dat met zoiets simpels.
Zo is het. Het is allemaal niet zo moeilijk of duur. Maak een gebaar, geef ook echt wat en doe in ieder geval iets.
Oh ja. Wat dat laatste betreft, we zijn net terug uit Kreta en hebben onder meer wat stadions bezocht. De volgend trip gaat uiteraard naar Hertha BSC. Want the future belongs to Berlin.