Haai

Blog 305 – 26 maart 2021

5 redenen waarom ik op LinkedIn zit en blijf

Als je je eenmaal hebt voorgenomen om ZZP’er te worden, dan komt er veel op je af. Ik ervaar het iedere dag weer. Het maak mijn werk leuker dan leuk. Deze week schreef ik vacatureteksten voor grote bedrijven, maakte ik een homepage tekst voor een onderneming dat afdichtingsproducten verkoopt voor lekkende cv-ketels en had ik interviews met een gestopte beachvolleybalster, een sportschooleigenaar en een eigenaar van kantplanken en klemprofielen van kunstgras.

En oh ja, ik schreef twee blogs, adviseerde een WOZ-bezwaarmaker over een websitetekst en bewerkte een column van een sportbond, maakte vijf interviewafspraken voor volgende week, drie offertes en een blogvoorstel voor een landelijke ouderenorganisatie.

Naast al het regelwerk, dat voortdurend bezig blijven met het binnenharken van allerlei opdrachten, is er ook nog zoiets van hoe is je dagritme? Twee dingen spelen daarbij een rol. Komend weekend gaat de zomertijd in. Er zijn mensen die daardoor van de leg raken. Als ik dit verhaal lees, dan is het zelfs slecht voor je gezondheid. Hoe dan? Nooit wat van gemerkt en mijn boys ook niet.

Het tweede is het online-onderwijs, waar we met zijn allen compleet aan gewend zijn. Mwah, als ik deze week bekijk, dan is geen dag hetzelfde. Uitval te over, wel naar school, toch weer niet en nu ineens toetsen op school, terwijl je groep a bent en b eigenlijk op locatie had moeten zijn. Ook leuk, een online tekenopdracht, terwijl alle tekeningen op school lagen. Nee dat was niet handig, maar whatever. Gewoon vrij.

Ik ben iemand die als ZZP’er gedijt bij ritme, regelmaat en rust. Begin je iedere ochtend met bijslapen, rustig ontbijten, krant lezen, Netflixen, brood halen bij de bakker of een blokje om? Om vervolgens niet voor 10.00 uur te starten met een wervelende werkdag tot ’s avonds laat? Of doe je het allemaal anders? Ik doe vooral veel hetzelfde.

Ik heb gemerkt dat structuur, duidelijkheid en discipline nauw samengaan. Anders wordt het niks. Wat ik iedere (werk)dag doe, is beginnen met LinkedIn. Dat lijkt heel normaal, maar ik spreek zoveel mensen die geen of een slapend account hebben. Kortom, gebruikers die niks met LinkedIn doen (of laten). Ik geef toe, ik was er in mijn vorige leven ook niet veel mee bezig, maar het social mediakanaal is populairder dan ooit. “LinkedIn tikt voor het eerst de 5 miljoen gebruikers aan”, aldus de site Coosto onlangs.

Iedere morgen kijk ik dus op mijn timeline van LinkedIn. In de vroege ochtend. In bed, op de bank, aan mijn bureau. Een interessante discussie waar ik wat vind? Bam, reageren! Een mooi jubileum, prestatie of een nieuwe baan behaald door één mijn volgers? Van harte! Een leuke, tijdige en bijna te mooi om waar te zijn redactionele klus? Ik steek subiet mijn vinger online op (nog beter is als volgers jou aandragen, je bedankt de aandrager en reageert meteen).

In mijn geval gaat het om tekstklussen. Die worden dan vaak met tig oproeptekens onder de aandacht gebracht, zijn veelal onvolledig als het gaat om de benodigde informatie en uiteraard moet het gisteren af. Het is een bijzonder schouwspel. Steeds maar weer, ook omdat we massaal toehappen, tot de tanden toe gewapend, als een haai in onze prooi.

Recent werd ik aanbevolen in duovorm. Fijn! Meteen gereageerd, informatie gestuurd en... na tien dagen maar eens gemaild. Na een paar dagen de toezegging dat er dezelfde week nog gereageerd zou worden. Ik wacht nog steeds. Vorig jaar had ik er ook eentje. Het ging over tekstschrijvers die ervaring hadden met beleidsmakers, zorg en sociaal domein. Joehoe, hier ben ik. Ik stuurde op 8 juni een berichtje.

Uiteindelijk kreeg ik op 4 juli antwoord, want er waren zo veel reacties op de oproep gekomen, dat het wel een maand kostte om te kiezen. Ik voelde mij zowaar vereerd. Op 7 juli kreeg ik contact met iemand die mij wat meer kon vertellen over de opdracht. Ik belde, zij briefde en we maakten wat kennis.

Het ging om een persbericht over de introductie van een nieuw landelijk telefoonnummer. Wat van belang was: het mocht niet te veel kosten en het bericht moest er snel zijn, want een aantal collega’s had toch echt wel de tijd nodig om er nog kritisch naar kijken. Ik stuurde mijn eerste aanzet bijkans dezelfde dag en ze reageerde gematigd positief.
Er volgde veel mailverkeer en uiteindelijk werd het aangepaste bericht op 16 juli geplaatst en laat ik het zo zeggen; het was niet echt mijn bericht. Ik diende een dag later mijn factuur in, na een herinnering in augustus, die uiteindelijk op 22 september werd betaald. Het ging om 72.60 euro.

Dat nooit weer. En toch blijf ik actief op LinkedIn. Dagelijks. Niet tegen beter weten in, maar juist wel, omdat ik uiteindelijk weet dat ik er beter van word.
In algemene zin geloof ik erin dat als je goed doet, goed ontmoet. Je liket, je reageert positief of je complimenteert. Dat krijg je een keer terug. Of je biedt jouw hulp aan, met veel kennis van zaken en zonder meteen te beginnen over kosten; het gaat werken. Soms komt ineens een gebruiker voorbij, die je een beetje uit het zicht was verloren. Altijd goed om het contact weer aan te halen en of te verstevigen. Tot slot, het zal niet de eerste keer zijn dat je je droombaan vindt via LinkedIn.

Kortom, waarom zit ik dagelijks minimaal een uur op LinkedIn?

1. Ik zie direct of indirect werk en heb een standaardbericht over mezelf klaarstaan, wat ik aanpas aan het aanbod of de vraag. Wie ben ik, wat doe ik en wat kan ik specifiek voor jou betekenen?

2. Interessante LinkedInners met interessante content, kunnen interessant zijn. Om kennis te vergaren, te delen en te gebruiken.

3. Ik blaas het stof af van connecties die in de vergetelheid geraakt zijn en die ineens voorbijkomen. Even een (persoonlijk) berichtje is vaak waardevol en levert echt wat op. Je bouwt niet alleen een netwerk op, je onderhoudt het ook. Ik doe dat tegenwoordig ook bij nieuwe volgers. Ik verwijs naar een publicatie, een artikel van mij of een toepasselijk blog. Ik geef ze meer dan een druk op de acceptatieknop.

4.  Een like, een duimpje of een compliment. Het laat zien dat je interesse toont, je tijd neemt voor die ander en dat je er nog bent. Van een schouderklopje heeft nog nooit iemand een blessure gekregen. Ook niet op LinkedIn.  

5. Omdat social media dus ook LinkedIn, gratis reclame is voor Mediabureau MEER.

Waarom zit jij (nog niet) op LinkedIn?

 


Laat een bericht achter - aantal berichten: 0

Bent u de eerste die reageert?



Laat een bericht achter

naam
e-mail
website
bericht
Schrijf zes in cijfers: