Blog 297 – 26 februari 2021
“Iedereen deugt, de vraag alleen is waarvoor”
Deze week werd bekend dat de KNVB het competitieverloop laat voor wat het is. De uitdrukking einde oefening is eigenlijk niet eens van toepassing, want getraind werd er amper en wedstrijden werden al helemaal niet meer gespeeld. Dat betekent voor mij dus ook niet meer op de zondag langs de velden staan voor het verslaan van wedstrijden. Alweer niet. Terwijl het betaald voetbal doordendert en mijn enige directe link het af en toe winnen van de sporttoto is – op dit moment ben ik koploper in een competitie van acht – was mijn laatste amateurwedstrijd Oldemarkt tegen Oranje Zwart van 4 oktober. De gezamenlijke verontwaardiging over het besluit van de KNVB was er niet. Iedereen wist het al. Maar toch. Ik heb er wel de balen van.
Het betekent overigens niet dat ik met de armen over elkaar zit. In de Meppeler én Steenwijker Courant – en dat betekent automatisch ook dat je verhaal elders kan opduiken, zo zag ik laatst mijn paginagrote interview met Gerard Nijboer ineens terug in het Dagblad van het Noorden – schrijf ik regelmatig over de sporttoppers van toen.
Deze week was dat Rein van der Kamp, oud-basketballer, 2.01 meter schoon aan de inmiddels 41-jaar oude haak en met een lange staat van dienst. Het was een mooi gesprek. Over zijn loopbaan met een legendarische winst op het ongenaakbare Real Madrid, het jeugdtrainer zijn en het verlangen naar groter en meer en de basketballende jeugd, die hij nu onderricht. De Meppeler was nogal te spreken over zijn oud-coach bij Landstede Basketbal, Herman van de Belt. Die man die al eeuwen verbonden is aan Zwolle, maar nog elke seconde zo bezeten en gedreven is. Het groepsproces staat in alles voorop. Altijd maar weer.
“Ik ben een jaar assistent geweest van Herman bij Zwolle. Daar heb ik veel van geleerd. Stel je had een keer slecht gespeeld en verloren. Dan kon je als trainer als een gek tekeergaan, maar je kon er ook voor kiezen om als team met zijn allen in een lokaal te gaan zitten en samen te werken aan een oplossing. Dat deed Herman”, aldus Van der Kamp, die over de jeugd die hij nu traint afsloot met: “Die zelfmotivatie is gewoon een stuk minder dan vroeger. Ik zeg weleens gekscherend, ik ben als trainer meer bezig met vermaak dan met beter maken.”
Mooi! Ik mag in mijn teksten graag citaten gebruiken. Ze raken mij, inspireren soms, maar blijven mij in ieder geval bij. Zo ook deze, maar Van de Belt kan er zelf ook wat van.
“Het streven is dat we al zijn waar we naar toe willen.” Deze moet je een paar keer lezen, voordat je ‘m snapt of kan doorgronden. Uiteindelijk wil je bereiken wat je wilt bereiken. Alleen je bent er nooit, dus er altijd mee bezig en dat maakt dat je er steeds naar toe moet blijven werken. En er staat niet voor niets, twee keer ‘we.’ Inderdaad, duidend op dat groepsproces.
Ooit was ik te gast bij Business Open, een vrijdagochtendnetwerkclubje in Zwolle. Herman van den Belt was er ook. Officieel is hij de headcoach van Landstede Hammers, want dat is de huidige naam. Hij hield een presentatie uit zijn losse pols met een flipover, een groene en een rode stift, gehuld in een foeilelijk blauw-grijs joggingpak van de club. Ergens stond een scherm opgesteld, met een laptop ervoor. Allemaal lekker losjes.
Herman begon sterk. “Ik stotter, maar dat is vooral uit enthousiasme.” En voordat we het wisten vlogen de cijfers van Landstede Basketbal over schotpercentages, rebounds en driepunters over het witte vel. Niet alleen van zijn eigen team, maar ook van de competitietegenstanders. De gemiddelden dit en de gemiddelden dat. Dat woord hoorde ik heel vaak. Gemiddelden en hup Herman sloeg weer een vel om. Af en toe onderstreepte hij zijn betoog met citaten. Die gingen bijna allemaal over zijn team. “Iedereen deugt, de vraag alleen is waarvoor.” Waarmee hij ook heel erg naar zichzelf keek als headcoach. Maar ook de gedachte aan het spelen van een bal naar een teamgenoot. “Een pass is een relatie aangaan. Jij staat er beter voor. Ik vertrouw jou.”
Even later stonden wij, de één wat beter dan de andere, met zijn allen om het scherm. Om kort te kijken naar wat beelden van het Europese avontuur van Landstede Basketbal in Moskou, een aantal jaren geleden. De exacte strekking van het filmpje ontging mij eerlijk gezegd, maar het had wel iets.
Met zo’n veertig ondernemers van verschillende branches zaten we te kijken naar basketbal. De ene ondernemer had nog nooit een basketbalwedstrijd gezien of was misschien niet eens op de hoogte dat Landstede Basketbal al jaren op topniveau niet alleen ballen maar ook hoge ogen gooit. Anderen waren weleens geweest, maar hadden wellicht de wereld erachter helemaal niet zo bekeken. Tenslotte was er ook een plukje ondernemers, dat wedstrijden frequent bezoekt en zelfs deel uitmaakt van het Landstede Business Basketbalteam, dat elke woensdagochtend traint onder leiding van… inderdaad Herman van den Belt.
Na afloop sprak ik hem nog even. Hij is een Rijssenaar, de 50 gepasseerd, ik kom uit Wierden en ben volgend jaar zover. We deelden het op de fiets gaan naar het Christelijk Lyceum Almelo. Mijn zus en broer, meer van zijn leeftijd en die ook op die school zaten, kende hij niet. Ook stipte ik nog even deze bijzondere persconferentie aan, waarover ik eerder dit blog schreef. We hadden het verder nog over jong talent, de verhouding prestatie en plezier en scheidsrechters. “Als mijn spelers klagen over de arbitrage, omdat de tegenstander iets oneerlijks deed, dan zeg ik altijd van dat weet je nu. Dan moet je hetzelfde doen.”
Wat was het interessant om deze coach eens te leren kennen, terwijl je hem normaal slechts aanschouwt in net pak druk coachend langs de kant en allerlei aanwijzingen gevend in het Engels. Nu ontspannen in joggingpak, uit de losse pols, veel gelach, vraag- en antwoord en na de tijd gewoon blijven om het praatje aan te gaan. Zo kende ik hem niet.
Ik ging met een gulle glimlach weg en met een ware wijsheid op zak: “Iedereen deugt, de vraag alleen is waarvoor.”