Blog 178 – 3 januari 2020
Mijn top tien van ondernemersergernissen
Allereerst wil ik iedereen een gezond, gelukkig en onderhoudend 2020 toe wensen. Maak er wat van. Ik heb heel even gedacht om mijn hele blog vol te schrijven met een uitgebreide nieuwjaarswens. Eentje met honderden bijvoeglijke naamwoorden voor het jaartal. Daarbij moest ik zijdelings denken aan Jules Deelder en Herman Brood. Inmiddels beiden niet meer onder ons, met hun nummer over het vrouwelijk geslachtsdeel.
Ik heb mij in mijn eerste blog van 2020 maar gebaseerd op de overgang van de jaren tien naar twintig. Het CBS deed dat onlangs ook. Een erg onderhoudend filmpje. Een vergelijking tussen 2009 en 2019. We wonen met meer in Nederland, 1 op de 5 Nederlanders is inmiddels 65+ en we zijn minder slachtoffer van criminaliteit. We werken met meer, ons inkomen steeg en 92 procent van de Nederlanders heeft inmiddels een mobiele telefoon.
Dat betekent 8 procent niet, toch goed voor ruim 1,3 miljoen mensen. Laten we de 0 tot 5-jarigen – ruim 868.000 – ervan aftrekken en dan houden we een half miljoen over. Ik weet niet of er ouderen zijn van boven de 90 jaar met mobiel, maar laten we er 50.000 van aftrekken. Dan nog zijn er ruim 400.000 inwoners in ons land, zonder mobiele telefoon.
Dit is een aanname, ik verzin het zomaar. Wat ook niet wetenschappelijke bewezen is, is het volgende lijstje. Het heeft ook met tien te maken en ik hoop niet dat het ooit overgaat op twintig. Sterker nog, de opsomming mag eerder naar nul.
Het is mijn lijstje met ondernemersergernissen over 2019. Wat vond ik niet leuk, onprettig en heeft mij onaangenaam verrast. Fouten maken, dingen vergeten of slordig zijn, tellen niet mee. Ik beloof bij deze, dat ik binnenkort ook met een Halleluja lijst kom met alleen maar de positieve kanten van het ondernemerschap.
1. Afspraken niet nakomen. Beloven om te reageren. Dat niet doen. Vervolgens toezeggen, weer niet doen en tenslotte helemaal niks meer laten horen. Negeren. Op één. Met stip. Niet voor niets begin ik ermee.
2. Bedrijven of mensen die heel, heel, heel laat reageren op een e-mail en dan beginnen met ‘druk, druk, druk.’ Volgens mij moet iedereen, uitgezonderd niemand, in staat zijn om binnen een week dan wel maximaal tien dagen te reageren op een mailtje.
3. Geïnterviewden die gaan roeren en poeren in het door mij gemaakte artikel. Ik snap dat het je aangaat en dat het heel persoonlijk is, maar achter woordkeuzes, opbouw en het totaalplaatje van een vraaggesprek, zit een gedachte. Dus niet steeds dezelfde woorden, logische overgangen tussen alinea’s en'/of onderwerpen en ieder verhaal heeft een kop en een kont.
4. Telefoontjes van bedrijven die je gegevens van de Kamer van Koophandel hebben en je ongewenst en ongebreideld benaderen. Bellen ze niet anoniem, dan blokkeer ik het nummer subiet. Een afgeleide: commerciële boodschappen van LinkedIn contactpersonen, in je inbox.
5. Communicatiecowboys, socialmediabeunhazen en mensen die zich zomaar tekstschrijver noemen. Bedotters, defraudanten, ploerten en ladelichters zijn het. Schoenmaker blijf bij je leest.
6. Over social mediagebruikers gesproken. Tweeps die nep zijn en dus doen of ze authentiek zijn, maar dat dus niet zijn. Ik heb gemerkt dat je dan al snel tegen de tere scheentjes trapt. Gevolg is weleens dat je geblokkeerd wordt. Dat kan, maar dat is veelal zonder tekst en uitleg. Dan kun je stoer roepen van 'reageren daar heb ik geen zin in.' Of je kunt je afvragen, is er toch wat anders aan de hand en acteer je als een struisvogel?
7. Wanneer je heel veel moeite doet voor een klant, zij oprecht dankbaar is, zij echt wat gaat doen met je suggesties en vervolgens doodleuk met een ander iemand in zee gaat en daar ook nog verongelijkt over doet, als je haar daarop attendeert. Ja inderdaad een zij.
8. Social mediamannetjes en -vrouwtjes die mij de maat nemen. Die dus met een vaag twitteraccount of mailadres als reactie op mijn blog, negatief over mij zijn. Voorbeeld? Zie deze tweet van Nico Dijkshoorn. Niet alleen op twitter, ook op mijn website, onder mijn blog. Geen idee wie en waarom. Het heeft eigenlijk iets religieus. “De maat die u gebruikt, zal men ook voor u gebruiken. Vergeef, dan zal je vergeven worden. Geef dan zal je gegeven worden” (Mattheus 7 vers 2). Daaropvolgend kies ik voor hetzelfde Bijbelboek, maar dan dit citaat: "Gij hebt gehoord, dat gezegd is: Oog om oog, en tand om tand. Maar Ik zeg u, dat gij den boze niet wederstaat; maar, zo wie u op de rechterwang slaat, keert hem ook de andere toe.” Overigens ben ik nog wel in discussie gegaan, gewacht op valide argumenten, maar niet gekregen. Tja, dan houdt het op.
9. Het komt altijd goed, alleen ik kan er maar moeilijk aan wennen. Je geld krijgen voor gedane arbeid. Dat kan soms maanden duren. Maar het komt. Geduld begint blijkbaar niet voor niets ook met een -g.
10. Soms baal ik bovenal van mezelf, omdat ik mij zelf heb opgelegd om twee blogs per week te schrijven. Een deal die ik sloot met mezelf en dat valt niet altijd mee. Even dacht ik van de overgang van de jaren tien naar twintig is een mooi moment om te minderen en of zelfs te stoppen. Maar wie was er ook alweer van afspraak is afspraak?