Als je iedere week twee blogs schrijft zoals ik, is het logisch dat je af en toe moet puzzelen en prakkiseren over een onderwerp. Soms is er een actuele aanleiding, die de woorden meteen doet dansen op je scherm. Af en toe is er een in-je-schoot-geworpen issue. Het zet je even aan het denken, waarna de tekst er meestal soepeltjes uitrolt. En heel af en toe, dan moet het van ver en diep komen.
Vandaag is zo’n dag. Natuurlijk was ik gisteren voor het eerst op de nationale sportvakbeurs en daar had ik best een verhaaltje over kunnen tikken, want ik keek met veel belangstelling naar een communicatieworkshop van oud-prof Marcel Meeuwis (viel beetje tegen). In de avond volgde ik braaf en belangstellend de les voetbaljournalistiek van Thijs Slegers (opperperschef PSV) en Freek Jansen (Ajax clubwatcher voor VI) en ook daar was genoeg over te schrijven. Ik was ditmaal op het KNVB sportcentrum, waar op dat moment ook de Oranje internationals verbleven.
Naast de insteek, hoop je met je blog ook op veel views en reacties. Dat jouw epistel tot de immense verbeelding spreekt, pluizen met stof doet opwaaien en dat bij de koffieautomaat, in de gezonde kantine of rookhok, erover gepraat wordt tot in de lengte van uren. Zo las ik een blog van Annemiek van Rijn. Op LinkedIn. Ik ken haar niet, maar ze schreef over haar ellenlange zoektocht naar een baan en de onprofessionele en ondoordachte reacties van de jongens en vooral meisjes van HRM en P en O. En het klopt.
Ook ik heb de standaard, gemakzuchtige en dompelbadkoude mailtjes ontvangen, vaak na weken. Ook ik zit nog te wachten op een aantal reacties van bedrijven die niet eens de moeite name om iets te sturen. En ook ik heb mij verbaasd over de afstandelijke, kille en hautaine antwoorden alias afwijzingen.
Dat deed Annemiek ook. En ze vond een luisterend oor en lezend oog. Bijna 8000 likes, ruim 1100 reacties en tegen de 400 gedeelde posts. Volgens mij zegt dat ook veel. Dat half solliciterend Nederland zich gespiegeld ziet in haar betoog. Dan heb je als personeel en organisatie branche toch een behoorlijk imagoprobleem. En het staat of valt, ook nu weer met communicatie. Ik verbaas mij er inmiddels blijvend over dat dat zo slecht georganiseerd is. Sla mijn eerder geschreven blog er nog maar eens op na. Het sluit mooi aan bij die van Annemiek van Rijn. Ik zeg, geef haar een baan en rap een beetje.
Een andere column die ik deze week las, was die van Roger Knoops, ad interim directeur van Sport Service Zwolle. Hij verhaalt iedere twee weken in de plaatselijke Peperbus. Hij schreef deze keer over zijn zaterdagochtend als voetbalvader en trainer. Het zal bij veel lezers een gevoel oproepen van herkenbaarheid. Bij mij ook, je bent als trainer/coach op zo’n zaterdagochtend (ja ochtend ja, Olav moet morgen om 8.30 uur in Dronten voetballen, dat betekent 7.10 uur in de auto) echt met van alles en nog wat bezig. Buiten de lijnen, binnen de lijnen en alles wat zich daar tussen begeeft. Ik kan in alles Knoops’ column beamen.
Alles? Nou niet helemaal. Tussen de regels door heeft hij heeft het over dat winnen niet belangrijk is en ondergeschikt moet zijn aan spelplezier. Ik vind dat winnen een essentieel onderdeel moet zijn van het totaalplaatje. Ongeacht welke leeftijd. Winnen draagt bij aan plezier, is een beloning voor hard werken en stimuleert. Het is goed om kinderen dat gedachtengoed mee te geven. Niet dat het alleen moet draaien om de winst, maar wel dat je daar voor moet gaan. Met zijn allen, overal en altijd. Op het voetbalveld en -maar daar heb je als coach geen invloed op- ook daar buiten. Oud-politicus Hans Wiegel zei het ooit zo treffend: “Van winst nemen is nog nooit iemand arm geworden.”