Blog 308 – 6 april 2021
Heb ik er nu wel of geen actieve herinnering aan?
Afgelopen vrijdagavond was het weer zover. Ik mocht weer. En dat niet alleen. Ik heb er wel degelijk een actieve herinnering aan. Voetballen op het (kunst)gras bij Be Quick’28. Recreanten 3 is mijn team.
En nee dit schrijven is geen verwerking van de schrijnende ontbering aan maanden geen balletje trappen. Ook blaas ik niet de loftrompet over de voetbalhumor, die bij ieder team gewoon hetzelfde is. Boeren en scheten klinken en stinken overal hetzelfde. De rondborstige vrouwen worden met de minuut mooier in elke kleedkamer en we lachen met zijn allen wat af als er iemand aan het bier is, ineens opstaat en opstapt om nog te moeten werken. En dat op een doordeweekse avond. Hij had het schuim niet alleen óp de lippen, maar hij was gelukkig ook óp de fiets.
Ik ben 48 jaar en voetbal nu denk ik al zo’n zeven jaar bij Be Quick’28. Zeven vette jaren en dan mag iedereen zijn eigen conclusie trekken. We hebben twee artsen in het team, wat af en toe heel handig is, een trouwe orderpikker (tevens aanvoerder), een leergierige werkvoorbereider, maar ook een chaotische leraar Spaans, een systeemtherapeut (iets met relaties) en een plaatselijke apotheker.
En twee ProRail medewerkers. Eentje is er risico-analist en tevens Magnified healer en Oness trainer, wat dat ook mag zijn. We kunnen hem er niet mee klieren, want werkelijk niemand weet wat het inhoudt.
De ander houden wij verantwoordelijk voor het debacle met de Fyra en we kunnen beschikken over een restant doodgewone VUT-ers. Respect voor die manschappen trouwens: oud, langzaam en af en toe wild. Speciaal voor eentje. Als oud-Zwollenaar stuurt hij bijkans iedere week zijn grijze bus van Wateren in Drenthe (je gunt het niemand) naar Be Quick’28 en weer terug.
Bijna iedereen komt normaal geschreven elke woensdag te saam om te ballen, om af en toe te tieren, te klieren en om na afloop gewoon even met elkaar te zijn. Om op niveau te praten, voetbal te kijken en soms een bardienstje te draaien. Het is zoals het overal is. Voetbal zoals het moet zijn en wat mij betreft nog lang zo moet blijven. Ik wil het niet missen en dat hoeft ook niet. Ik kan nog jaren vooruit. Met mijn 48 jaar ben ik bijkans nog een broekie.
En toch tackelde Corona ook ons. Eerst geen trainingen, toen op 1,5 meter, waarbij we best goede afspraken hadden gemaakt over duels, afstand en de nazit, gevolgd door een totaal verbod. Op trainen, samenkomen en toernooien. Want dat is normaal gesproken maandelijks onze bezigheid: het spelen van toernooien in het Zwolse. Van ZAC en Zwolse Boys tot Wijhe en Wythmen en alles wat daar zo’n beetje tussenin bivakkeert. Altijd leuk, nooit succesvol.
Sterker nog, in al mijn zeven vette jaren, zijn het tot nu toe zeven bijzonder magere sportieve jaren. Ik herinner mij alleen een keer de winst op een afgeslankt (!) Olde Zakk’n toernooi bij CSV’28 en nee wij speelden niet tegen Oud-PEC Zwolle, die zaten zeg maar in de andere poule, maar dat was het wel.
Nu ik toch mijmerend aan het bloggen ben en wat door mijn bestanden klik, kwam ik mijn verslag tegen van misschien wel een historisch toernooi. Bij ZAC, wellicht wel het laatste 7 tegen 7 toernooi ooit. Zeker als je dit leest:
Op vrijdag 6 maart togen wij naar het zuiden van Zwolle. Daar stond het 7 x 7 toernooi bij ZAC geprogrammeerd. RIVM, GGD en ook onze eigen huisarts in de gelederen Elbert (onze andere arts, darmdokter Ed had een congres in Darmstadt en was helaas verhinderd), hadden het sein op groen gezet om af te reizen. Er kon dus gewoon gebald worden, incluis handjes schudden en samen douchen.
Toch zat de virusschrik er blijkbaar in, want het aantal afwezigen was behoorlijk. De een had iets te hard tegen de trottoirrand gefietst, de ander was getackeld door de gewone griep en een aantal andere ploeggenoten had pijntjes, de prioriteiten elders liggen of deden het toernooi af met enkel een afwezigheidsappje.
Het schrijven is één jaar oud en ik sloot het artikel af met de woorden: De balans opmakend: een uiteindelijke zevende plek (van de tien), net voor de dames. Het toernooi kende met Berkum de winnaar op doelsaldo. Wij danken ZAC voor de organisatie en zien elkaar op vrijdag 3 april in Heino. Tja, dat is toch een beetje buitenland. Nu maar hopen dat er tegen die tijd geen negatief reisadvies is afgegeven…
Tja, voorlopig doen we het maar op de vrijdagavond. Gewoon ballen en trainen, over toernooien hebben wij het niet (meer). Het is prima om nog steeds te denken en te doen dat we heel goed zijn en dat we zeuren, zeiken en samenzijn. Bewegen in onze eigen bubbel. En gaat de discussie vaak over het fysieke, het sociale aspect is wellicht net zo belangrijk. Misschien voor ons als recreanten nog veel belangrijker.
Zo veel verschillende mensen met hun eigen sores en shit, maar ook met hun eigen leuke manier van doen. De een spreek je over zijn werk, de ander over zijn thuissituatie en met weer een ander bespreek je de toestand in de wereld. Eigenlijk is iedereen je even lief, hoe verschillend we ook zijn en vooral blijven. Moeten blijven.
Want als het voetbal klaar is, de benen moe zijn en we keurig op 1,5 meter afstand nahijgen aan de rand van het voetbalveld met ons eigen meegebrachte drankjes, dan zien we toe op elkaar en dat het goed is. Dat zich weer een week aandient met werken voor de baas of alleen, met het gezin of alleen en dat volgende trainingsdag zich het ritueel weer voortzet, voorzet en voortzet.
Normaal heb ik een blogmoraal, een reeks aan tips, adviezen en andere handigheidjes. Vandaag niet. Helemaal niet. Dit is een blog waar je niets mee hoeft, wat je mag vergeten en waarvan ik eigenlijk denk van waarom schrijf ik het? Voor mijn voetbalmakkers, voor mezelf of… Ik heb er even geen actieve herinnering aan. Aan alles rondom het voetbal des te meer.