Blog 292 – 5 februari 2021
Als leraar heb je het helemaal niet lastig
Precies een week geleden, leverde ik mijn laatste beoordelingen in. Ik heb er 176 bekeken. Stuk voor stuk en allemaal gewaardeerd met een onvoldoende, voldoende of een goed. Iedereen kreeg persoonlijke feedback of je nu in OM221, OR231, OM311, OR301, OM221, OR221, OM321 of in OR311 zat. De eindopdracht communicatie was het maken van een filmpje.
Alleen nog even die beoordelingen toesturen en toen was het definitief. Daarna een eindgesprek, sleutel en token inleveren, alle leerlingen nog even bedanken via de mail (met één reactie die ook nog eens positief was) en veel sterkte en succes wensen. Uiteraard online. Mailbox voorzien van een nette en normale afwezigheidsmelder en uitloggen uit Teams.
Na vijf maanden zat mijn CIBAP tijd erop. Toen ik begin deze week de school binnenstapte om mijn spullen af te leveren, prijkten er vier letters op de gevel, gevolgd door Bedankt!! Inderdaad, er nam iemand afscheid en niet zomaar iemand.
Ik kan met recht niet zeggen dat het vijf fantastische maanden waren, want dat was niet zo. Alleen maar lesgegeven aan de keukentafel, geen een keer voor de klas. Het zat er gewoonweg niet in. Ik heb geen student gezien. En ik heb lang moeten nadenken of dat als beginnend en niet-bevoegd docent een voordeel of nadeel was. Ik weet domweg niet hoe het is om voor een klas van 33 leerlingen te staan, want die zat er dus tussen en hoe mij dat zal afgaan (wat ik overigens niet hoop).
Ik heb er wel vaak genoeg aan gedacht. Kan ik orde houden? Ben ik consequent genoeg? Luisteren ze wel naar mij? Word ik uitgeprobeerd, uitgespeeld om uiteindelijk ten onder te gaan? Is de lesstof wel leuk genoeg? Krijg ik ze aan het werk? En houd ik het vol, één zo’n lesblok van 2,5 uur en dat op donderdag keer drie. Te beginnen om kwart voor tien en officieel eindigend om kwart voor zes.
Nu deed ik dat allemaal vanachter een scherm aan de eigen keukentafel. Met mijn supersonische koffiemachine in de buurt, met het uitzicht naar buiten om vervolgens weer te staren in het scherm, dat overuren maakte. Heel soms stond het eventjes op zwart, als ik de vaatwasser uitpakte, de pannen op het vuur zette en een doekje over het aanrecht haalde.
Voor de rest: korte blokken tekst en uitleg, veel zelf doen, veren in de reet, enthousiasmeren, helpen en nog meer afwisselen. Een individuele opdracht, een filmpje, een groepsklus, pauze, wat theorie, een grap en grol, een herhaling van zetten en vooral eerder ophouden.
In twee blokken ging het om een online presentatie van jezelf, waarbij je moest letten op je houding, je uiterlijk (ook make-up!), beeld, geluid, licht en vooral de omgevingsfactoren. Oftewel een klierig zusje, een blaffende hond, een drukke snelweg vol auto’s of een borende buurman. Wat kan jouw onlinepresentatie verstoren?
Het tweede gedeelte van dat blok was het verhalen vertellen. Hoe word je een goede verhalenverteller? Maak gebruik van beeldende werkwoorden (niet zijn of hebben, maar actievere werkwoorden), kleuren (poepbruin, Jumbogeel en Netflixrood) en synoniemen. Met uiteindelijk de bedoeling om beeldend te kunnen vertellen. In dit geval het waarom van een product te achterhalen en in te zetten. Dat waren de tweedejaars.
Bij fase 3 ging het in blok één om online presenteren en dus ook over wat hierboven staat. Het blok erna over stem, mimiek en lichaamstaal. Ik had er dit filmpje over. Over zes persconferenties van Louis van Gaal. De bedoeling was om op te schrijven wat je opviel als het ging om zijn stem, zijn intonatie en zijn manier van praten. In dit geval persconferentie nummer één en drie.
En laten we wel wezen. Van Gaal als lesobject. Het is vermaak, het is vertier, het is vuurwerk. Het is alles. Sier en knal tegelijk. Illegaal, legaal, Van Gaal. Of zoals een studente zo mooi zei: “Zijn uitspraken zijn wel het enige leuke aan voetbal.”
Van Gaal die mensen letterlijk terechtwijst, hard en langzaam gaat praten als hij echt boos is. Van Gaal die pauzes inlast om zijn wijze woorden te laten indalen om over de inhoud nog maar te zwijgen. Van Gaal die het zweet doet uitbreken bij toenmalig KNVB-directeur Henk Kesler, die als een angsthaas in de koplampen van een overstekende raceauto kijkt en persvoorlichter Rob de Leede, die het maar met een schamper lachje afdoet.
Een andere opdracht was om te kijken naar mimiek. In dit geval was ons koningspaar voer voor een persiflage op Dumpert. Het bijna tranendal van koningin Maxima als excuustruus voor een reis naar Griekenland in coronatijd. Haar mimiek, alsof er ik weet niet wat gebeurd was.
Alles wordt in ons koninklijk huis georkestreerd, gewikt en gewogen. Elk woord, kledingstuk en setting. Dus dit is een bewussie, maar getuige de vele uiteenlopende reacties, vraag ik mij oprecht af of die strategie wel gewerkt heeft.
Met mimiek geef je één van de zes emoties aan. Vreugde, verdriet, angst, woede, verbazing en afschuw. De strekking van dit verhaal; wees je bewust van je mimiek en dus emotie. Straal je door je mimiek niet de verkeerde emotie uit? Er is een mooi… filmpje over. Van Disney. Allesbehalve kinderachtig. Over emoties en mimiek. Treffend uitgebeeld.
Maar er was meer dan alleen maar filmpjes kijken. De bedoeling, zeker van onlinelesgeven is samenwerken op afstand. Deze keer het maken van een fotostrip. Bedenk een verhaal dat in vier plaatjes past, maak foto’s, komische tekstballonnetjes en beeld uit: overdrijf je mimiek, laat een basisemotie zien en stuur je fotostrip in. In de groepschat, zodat iedereen alle inzendingen ziet. Ik heb het zeker niet allemaal zelf bedacht, maar dit is toch gewoon leuk les hebben?
En dat was het ook gewoon. Leuk, leerzaam en een keer wat anders. Maar zwaar, moeilijk of lastig? De mailtjes van studenten zelf, de verhalen van studiecoaches of anderen. De leerlingen die het allemaal echt niet meer kunnen bijhouden, uit en om dreigen te vallen en niet eens een stevige pas op de plaats kunnen maken, omdat ze totaal zijn stilgevallen. Zij - de studenten - die hebben het pas zwaar, moeilijk en lastig.
Toevallig kreeg ik deze week reactie van een onbekende op twitter. Een beetje een rare docent in het VO, met een bijzondere profielfoto. Hij had een vergiet op zijn hoofd en stuurde dit: Nergens in Europa minder schoolvakanties dan in NLD. Bijna nergens in Europa worden zoveel lessen gegeven als in NLD. En nooit afgevraagd waarom er al 30 jaar een tekort aan leraren is?
Ik besloot niet te reageren. Een leraar heeft het helemaal niet zwaar, moeilijk of lastig. Een onbevoegde ook niet en zelfs eentje met een gaatje in zijn hoofd niet.