Blog 299 – 5 maart 2021
Twitter in the house!
Afgelopen week glipte er een uitnodiging van ClubHouse in mijn berichtenbox op mijn mobiel. Een bekend iemand liet een Engelstalige tekst voorafgaan door: ‘Erik, dit is volgens mij echt iets voor jou. Groet, R.’ Ik was niet meteen enthousiast. Ten eerste, ik heb geen Iphone, waarmee meteen een groot nadeel voor nu duidelijk wordt. Wij Androiders, zijn namelijk ClubHouseloos.
“Clubhouse bevestigde in januari dat er gewerkt werd aan een Android-applicatie, een claim die ook wordt bevestigd door Android-ontwikkelaars die Clubhouse heeft aangenomen. Binnen het Clubhouse-team zou de prioriteit liggen op de Android-app”, zo citeer ik Androidworld.nl.
Ten tweede, weer een nieuw social mediaspeeltje. De zoveelste vrucht aan de fruitboom, alleen vind ik niet dat er sprake is van laaghangend fruit. Niet voor niets zei een klant van mij onlangs dat zijn doelgroep weliswaar op Tik Tok zit, maar dat het hem de tijdsinvestering niet waard is. Voor je het weet is er weer wat nieuws. En ik begrijp hem. Misschien had ik wat anders moeten zeggen. Dat hij zich er wel volop in moet verdiepen, er vol voor moet gaan en vol gas moet geven. Kortom, volle bak vooruit. Maar heeft hij daar de tijd voor, de prioriteit en weet hij er genoeg van? Het antwoord is nee.
En dat brengt mij bij punt drie. Doe iets goeds, of doe het niet, zeker als het gaat om je social mediakanalen. Laat je niet meevoeren in de social mediastorm die er woedt. Het is allang geen zuchtje wind meer of een fris briesje. Neem nu dit en klik echt even op de link. Zie jij je dit dagelijks (!) doen als ondernemer die social media heel interessant vindt, nog in de verkenningsfase verkeert en zo langzamerhand de meerwaarde ervan gaat begrijpen? Jij die door de fruitbomen het bos amper meer ziet.
Dat is ook mijn eigen praktische bezwaar. Ik lees van alles over ClubHouse, deze week in de Marketingtribune en op de site van Adformatie. Clubhouse is een social media app die helemaal draait om live gesprekken, zonder beeld of chatten. Dat betekent dat je het mist als je het niet live luistert. Het enige dat je er kunt doen is in real-time luisteren en praten. Het gaat over pingen, praatrooms en moderators.
Dus als ik gevraagd word is ClubHouse wat voor mij Erik? Dan vertel ik het eerlijke verhaal. Om te beginnen, is het iets voor jou? Heb je goed nagedacht over de tijdsinvestering? Wat wil je ermee bereiken? Als je niet deelneemt, wat dan? Hebben jouw klanten hier iets aan? Moet je er überhaupt in mee? En bovenal; practise what you preach. De befaamde valkkuil: gestruikeld over ons eigen enthousiasme tuinen we er toch in. Met veel bombarie iets gelanceerd, maar het kost toch allemaal wel erg veel tijd en niemand die het merkt als ik een keer oversla. Toch?
Daarom houd ik het nog steeds bij the big social media five: Facebook, LinkedIn, You Tube, Instagram en Twitter. Dat doe ik dagelijks trouw. Volgen, lezen, liken, reageren, doorsturen, vragen, lachen, verbazen, ontvolgen, delen en antwoord geven. Dat laatste is voor mij meer dan vanzelfsprekend, maar af en toe voel ik mij een roeptoeter in de woestijn. Het meest erger ik mij aan als communicatieprofessionals (!) oproepen tot (re)actie, maar vervolgens nergens op reageren. Bedorven fruit.
Mijn ultieme voorbeeld van laaghangend fruit is Twitter. Eind vorig jaar vierde ik mijn tiende verjaardag op Twitter. Mijn eerste tweet was: ‘Bezig met Twitter uitvogelen.’ De eerste tweet ooit werd op 21 maart 2006 door Jack Dorsey verstuurd, toen het sociale netwerk nog bekend stond als ‘twttr’ en nog moest worden gelanceerd: ‘Just setting up my twttr.’ Twitter werd die maand door Dorsey, Evan Williams, Noah Glass en Biz Stone opgericht en werd pas in juli dat jaar officieel toegankelijk voor het publiek.
Enkele feitjes (Bron: kinsta.com)
-Het duurde slechts 3 jaar, 2 maanden en een dag om van de eerste tweet naar de miljardste tweet te gaan. Nu kost het gebruikers ongeveer 36 uur om zo’n waanzinnige hoeveelheid content te genereren.
-In Nederland zijn er 2,8 miljoen gebruikers. Het aantal dagelijkse gebruikers is 1 miljoen.
-Van degenen die wereldwijd wel gebruik maken van Twitter, gebruikt 74% het om nieuws te lezen, wat ongeveer 15% meer is dan in 2017.
-Op dit moment heeft Twitter 2 miljard zoekopdrachten per dag.
-Van april tot eind juni 2020 groeide het aantal dagelijkse gebruikers van twitter met 34 procent tot 186 miljoen mensen wereldwijd.’
-Tweets met één of meer hashtags hebben 55% meer kans om geretweet te worden. Bovendien blijkt uit het onderzoek dat tweets met slechts één of twee hashtags 21% meer betrokkenheid krijgen dan die met meer dan twee hashtags.
-Met 310.000 nieuwe gebruikers is Twitter de grote verrassing van het social media-onderzoek 2021 in ons land. Met een stijging van 13 procent komt het platform procentueel gezien net iets onder Instagram uit.
Mijn tweetsteller staat inmiddels op 38.500. Dat lijkt veel, maar het valt enorm mee. Ga maar eens rekenen. Als je het hebt over tien jaar en zes maanden, dan zijn dat 126 maanden. Als ik dat op elkaar deel, dan zijn dat gemiddeld 306 tweets per maand. Deel ik dat gemakshalve door 30 dagen, dan komt dat neer op gemiddeld 10 tweets per dag.
Dat zijn voor de goede twitterorde, niet alleen eigen tweets, maar ook retweets, favorieten en replys.
En daarmee kom ik terug op het begin van deze blog. Als je niet weet waarover je praat, je geen idee hebt hoe het werkt en je er niet zelf actief mee bent, schud dan niet aan de social mediafruitboom.
Voor mij kan Twitter allesbehalve de boom in. Ik zou niet zonder Twitter kunnen. Tuurlijk, Twitter staat ook vol met bagger, tweeps met een versloft account, gezeur, gezever, kortom veel gedoe.
Twitter is ook mijn supersnelle nieuwsbron, mijn vermaak en mijn bibliotheek. Ik kan mij niet heugen wanneer ik een dag niet getwitterd heb. Twitter maakt mijn dag. Soms levert dat iets heel leuks op: een tweet van mij als opening van DWDD. (vanaf 3.00 minuut)
Kortom, ik ben en blijf een twitteraar. Wil je nu ook weten of Twitter voor jou geschikt is en hoe je het moet gebruiken, contact mij dan via www.mediabureaumeer.nl/contact, maar je mag uiteraard ook via Twitter benaderen: @riemenserik.