Zoals bekend heb ik vorig jaar de cursus voetbaljournalistiek gevolgd. Een officiële HBO opleiding van Fontys Hogeschool Tilburg. Gelukkig hoefde ik niet uren met mijn neus de studieboeken in. Geen onmogelijke opdrachten meetellend voor de eindbeoordeling en examenstress was ons allen ook geheel vreemd. Ik schreef er al eerder een blog over.
Het was onderhoudende voetbalcafépraat met heel veel interessante sprekers: Willem Vissers (vakman), Sjoerd Moussou (ook vakman), Ad van Liempt (een baken van rust), Marcel van Roosmalen (zwaar favoriet), Peter Hyballa (heel druk, echt heel druk), Iwan van Duuren, Tom Knipping (een bijzonder onafscheidelijk duo), Freek Jansen (alles dat Ajax is, is goed), Thijs Slegers (mannetje hoor), Bert Maalderink (goede tweede in de lijst der favorieten) en Pieter Zwart (met de meest irritante tic die er is door na elke zin met zijn hand op zijn bovenbeen te slaan). De opsomming is niet volledig, maar deze manschappen zijn mij bijgebleven, al vond ik de aanwezigheid van Janneke van der Horst als stille sidekick van Marcel Roosmalen, ook bepaald niet verkeerd.
Het mooie aan zo’n cursus, is dat je er wat contacten aan overhoudt. Je deelt toch allemaal de voorkeur en voorliefde voor het voetbal. Met ruim twintig cursisten begonnen we aan de opleiding. De één stond echt in de startblokken en te springen om carrière te maken als voetbaljournalist. Weer een ander had het cadeau gekregen van vrienden en er was een aantal – en ik zoek even naar het juiste woord – aanwezigen die het presteerde om de hele cursus niets te zeggen. Dat belooft nog wat. Een bont gezelschap, dat opgefrist werd door de aanwezigheid van één dame. PSV fan in al haar organen. Haar spreek en ontmoet ik donderdag 4 april nog even als ik naar PSV tegen PEC Zwolle ga.
Zondag sprak ik Gert-Jan, een andere cursist. Hij is afkomstig van de Noordwest Veluwe en ging met mij mee naar Hoogeveen tegen MSC. Gewoon om te kijken wat zo’n wedstrijdje verslaan allemaal inhoudt, wat er zoal bij komt kijken en of het hem wat lijkt. Het werd een mooie dag. We dronken wat koffie, gingen vroeg die kant op en waren ruim op tijd. Na een hartelijke begroeting bij de poort en het eeuwige: “Oh u bent van de krant, nou wel een positief stukje (altijd stukje) schrijven”, liepen we naar de bestuurskamer annex businessruimte.
Een handdruk met MSC-trainer Berry Zandink, een knikje naar de Meppeler voorzitter Arjan Jonkers en met de koffie in de hand een blik werpen op het veld. Opstelling twitteren en plaatsnemen op de tribune. Filmpje fabricerenvan de opkomst van beide teams, tweets en een fotootje maken en af en toe een aantekening op de telefoon. Lekker in de zon, een potje voetbal kijken en ondertussen happend in een broodje.
In de rust koffie krijgen. Daarna ietwat te laat het veld op. Gauw even een online verslag tikken op de laptop. De tweet met de eindstand plaats ik nog niet, maar zet ik in concepten. Het fluitsignaal klinkt ietwat schril, ik stuur meteen de tweet de wereld in. Dan meteen het veld op en een speler spreken voor een verhaal. De uitgestrekte hand komt mij tegemoet. Tijdens dat praatje, begroet ik de aanvoerder die ik eerder deze week nog interviewde.
Met een druk op de knop – vooral dankzij de perfecte WIFI – stuur ik het wedstrijdverslag meteen door naar de online redactie. Het verhaal voor de krant hang ik op aan het vraaggesprek met de speler, mijn eigen bevindingen en een opmerking op de tribune. Nog even nababbelen, al lopend over de bijzondere kunstgrasmat en we kunnen naar huis. Ik zet mij achter het krantenverslag van 650 woorden. Ik tik het uit mijn hoofd, alles zit daar nog vers in en rond het redelijk snel af.
Mijn middagje als voetbalverslaggever zit erop. Tijd voor andere zaken. Gert-Jan bedankt mij voor de gezellige dag en stuurt een foto liggend op de bank met een biertje. Inderdaad proost. Proost op het schrijven van stukjes. Proost op het voetbalverslaggever zijn. Proost op dit mooie vak!